maandag 21 september 2015

Bouwen, stap 2: Merken, methodes, middelen.

Geloof het of niet, maar behalve wat hele kleine details die er pas opgaan nadat de hoofdverflaag erop zit, is het belangrijkste lijmwerk voor jullie Connie gedaan op dit moment.

Je hebt dure en minder dure hobby's. Maar 'budgetvriendelijke' modelbouw lijkt een contradictio in terminis. Toch is dat niet waar. Of je nu een PC koopt, een auto of een stereo, altijd zal de fabrikant je ervan proberen te overtuigen gebruik te maken van bepaalde accessoires en hulpmiddelen, het liefst van hun eigen merk indien van toepassing. Wat dat betreft maken merken graag misbruik van de onzekerheid van klanten: uit angst iets niet goed te doen kopen ze maar iets waar een groot merk en een duur prijskaartje op staat, maar waar ze de samenstelling niet van kennen. Om voor de hand liggende redenen heb ik toch altijd geprobeerd om te kijken waarop ik kon besparen.

Homemade verdunner, 96% voordeliger.
Om een voorbeeld te geven: verdunner. 20 jaar geleden gebruikte ik emailverf, op oliebasis dus. Hoewel het niet per sé duurder is, stinkt het, moet je je oplosmiddel (terpentine o.i.d.) kopen, en zit je met chemisch afval. Ongeveer 10 jaar geleden schakelde ik op advies van Sjaak's over op acrylverf. Acrylverf is wateroplosbaar, schoonmaken gaat heel makkelijk. Je oplosmiddel kan je uit de kraan halen, en het is stukken minder giftig. Alleen kost verdunner E 8,- voor 100 mL. Dat is al met al toch behoorlijk duur, en toevallig las ik een maand geleden nog een bericht van een bouwer die de stoute schoenen had aangetrokken na het bekijken van een YouTube-filmpje. Verdunner is namelijk gewoon 1/4 L isopropanol met 3/4 L water en een paar mL glycerine. Isopropanol koop je voor 9 euro per liter bij een online groothandel. Water komt uit de kraan. Glycerine kost een paar euro. Zonder enig merkbaar verschil heb je voor +/- 12 Euro 4 L verdunner!. 4 L uit flesjes uit de winkel kost je in totaal 320 Euro, verdere uitleg overbodig lijkt me.

1/350 "Yamato" van Tamiya, het grootste slagschip ooit gebouwd.
In een eerdere blog had ik uitgelegd dat één van de kenmerken van een goed model is dat je zo min mogelijk kunt zien dat het uit onderdelen uit een doos bestaat. Zelfs de topmerken uit Azië zoals Tamiya (rechts) en Hasegawa, of Eduard uit Tsjechië (de doos uit Japan waarmee jullie me hebben verblijd, ik moest serieus mensen die subtiel aangaven hem te willen kopen van me van me af houden) laten in de handen van ervaren bouwers naden open op plekken waar ze niet horen. Net als bij klussen in huis zit er maar één ding op: voegen! Ook hier kun je voor 6-7 Euro een tube zogenaamde speciale Tamiya-vuller kopen á 25 mL. Of je denkt na en gaat gewoon naar de Gamma en koopt voor precies dezelfde prijs snelplamuur, alleen heb je nu het tienvoudige. Wee je gebeente uiteraard mocht je over dit gegeven met iemand die bij Tamiya-vuller zweert in discussie gaan. Het is bijna de discussie of de WC-rol met het velletje tegen of van de muur af moet hangen.

Jullie model is een in hoge mate aangepaste Connie. Dat betekent dat er vrij veel bijgewerkt moet worden, in het bijzonder: veel geplamuurd. Fabrikanten gaan namelijk niet voor iedere iets afwijkende versie van een model dat ze al hebben een compleet nieuwe mal aanschaffen. In plaats daarvan gieten ze misschien een klein rekje met extra onderdeeltjes, of geven ze instructies om te snijden, zagen, schuren, of plamuren. Plamuren is heel simpel. Hier komen de houten roerstaafjes van Frans goed van pas: je knipt ze met een tangetje in de juiste vorm en je hebt een custom plamuurmesje (onder). Als het gehard is aan de rand knip je gewoon een stukje er vanaf. Na ongeveer 30 minuten kan je de plamuur met schuurpapier of een vijl wegwerken. Met acetonvrije nagellakremover kan je vervolgens met een stuk oud T-shirt eroverheen vegen: dit lost de laatste restjes op en laat een glad oppervlak achter.  Het moge duidelijk zijn: veel spullen voor modelbouw koop je gewoon bij de drogist of supermarkt.
Vlnr: Aanbrengen, uit laten harden, en afvegen met een doekje met nagellakremover. De ruiten met plamuur erover zijn niet aanwezig in jullie versie, en moeten dus in de romp 'opgaan'. 

Net als bij auto's krijgen de meeste modellen na de basisverflaag een laag blanke lak, ook als de uiteindelijke finish een matte is, waarom leg ik in een andere blog uit. Die blanke lak kan je mengen uit potjes verf (gewoon Revell) en thinner. Wanneer je airbrusht heb je altijd een verdunning van ruwweg 1:1 nodig namelijk. Als je dit met merkspul zou doen, heb je voor een liter (dit is echt genoeg voor een paar jaar) 96 Euro nodig. Óf je informeert gewoon even bij medebouwers die je erop wijzen dat je met gewone parketreiniger (HG51) gewoon direct uit de flacon kan spuiten, overdund, en dat het middel bovendien een prachtige extra glans geeft aan transparante delen. HG is niet goedkoop, maar de keuze tussen ongeveer 11 Euro en 96 Euro voor een L lijkt me duidelijk.


Machinegeweer, schaal 1/4.
Er zijn natuurlijk altijd dingen die je niet kunt namaken of emuleren. Maar tenzij je echt in hele grote schalen zoals 1/35 en daarboven gaat werken, hoeft het ook niet zoveel te kosten. Sjaak's gaat natuurlijk niet zijn eigen ruiten ingooien en zeggen dat ik best zelf verdunner kan maken. Aan de andere kant zijn ze nooit te beroerd geweest om me te wijzen op een goedkoper en kwalitatief even goed model wanneer ik bijvoorbeeld overtuigd was dat alleen Tamiya hem had. Maar goed, behalve dat het je de illusie geeft zeer professioneel bezig te zijn, spelen dure merken ook in op ego. Er is een Amerikaans bedrijf, dat MIG heet (niet te verwarren met het vliegtuig uiteraard, het is een afkorting van de voornaam van de eigenaar, Miguel 'Mig' Jimenez), die speciale (en uiteraard zeer dure) kleuren, pigmenten en effecten uitbrengt voor onder andere munitie. Iets zoals hiernaast kan je prima maken met de goedkopere merken, desnoods meng je het een en ander. Maar erbij horen speelt ook een rol. Wat dat betreft zijn het net brommers, al die spullen.

Als het voegwerk er definitief opzit, komt de spannendste stap van alles: de verflaag. Jullie Connie gaat een mooie metallic finish krijgen. Dat is mooi, maar metallic kleuren zijn ook unforgiving: elke kleine kras en imperfectie schreeuwt je tegemoet. Maar dat is voor de volgende keer.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten